Het meten van depressieve klachten in HELIUS

Eerder HELIUS onderzoek liet zien dat depressieve klachten (veel) vaker voorkomen bij mensen met een Turkse, Marokkaanse, Ghanese, Creools-Surinaamse en Hindoestaans-Surinaamse achtergrond dan bij mensen met een Nederlandse achtergrond. Depressieve klachten werden in HELIUS gemeten met een vragenlijst van 9 vragen. Tot nu toe wisten we echter niet zeker of deze groepen daadwerkelijk zoveel vaker depressieve klachten hebben, of dat dit misschien komt doordat zij de 9 vragen in de depressievragenlijst anders invullen dan mensen met een Nederlandse achtergrond. Zo is er een vraag over somberheid in de vragenlijst. Het zou kunnen zijn dat iemand met een Nederlandse afkomst onder somberheid iets anders verstaat dan iemand met bijvoorbeeld een Ghanese afkomst. Daarom hebben we hier onderzoek naar gedaan.

De conclusie van dat onderzoek is dat de manier waarop deze 9 vragen depressie meten, in elke bevolkingsgroep hetzelfde is. Ook bleek het niet uit te maken of HELIUS deelnemers de vragen in het Engels, Turks of Nederlands invulden, of dat zij het op papier of via internet invulden. Deze resultaten zijn aan de ene kant geruststellend: de vragenlijst die we gebruikt hebben is goed. Aan de andere kant is het zorgelijk dat de grote verschillen in depressiescores tussen bevolkingsgroepen duiden op werkelijk bestaande verschillen in depressieve klachten. Verder onderzoek naar de oorzaken van deze verschillen is dus nodig.

Nieuwe HELIUS directeur!
LUMC zoekt deelnemers voor de COOLBAT studie – Doet u mee?
29 onderzoeksteams gaan van start met subsidie uit de ZonMw Open Competitie