Uit eerder onderzoek weten we dat als mensen veel suiker en vet eten, dit de kans op het krijgen van een depressie verhoogt. Veel suiker en vet eten is kenmerkend voor wat vaak een ‘Westers’ voedingspatroon wordt genoemd, bestaande uit fast food, suiker- en vetrijke snacks, frisdrank, en rood en bewerkt vlees.
Het zou goed zijn als we weten of het Westers voedingspatroon vooral de kans op een depressie verhoogt vanwege het vele suiker, OF vanwege het vet. Als we dat weten, dan kunnen we specifiekere voedingsadviezen geven om depressie te voorkomen.
We hebben dit in HELIUS onderzocht door drie verschillende voedingspatronen te onderscheiden. Het eerste voedingspatroon bevat vooral veel suiker, met hoge innames van frisdrank, suiker, fruit en vruchtensappen. Het tweede voedingspatroon bevat vooral veel vet, met hoge innames van boter en volle melkproducten. Het derde voedingspatroon bevat zowél veel suiker als veel vet, met hoge innames van vet- en suikerrijke snacks, rood vlees, suiker, volle melkproducten, gefrituurd eten en romige sauzen. Gebleken is dat juist de mensen die dit gecombineerde suiker- en vetrijk voedingspatroon eten meer depressieve klachten hebben dan degenen die of alléén een suikerrijk of alléén een vetrijk voedingspatroon eten. Op basis van dit onderzoek concluderen we daarom dat het terugdringen van zowel suiker als vet in iemands voedingspatroon belangrijk is om een depressie te voorkómen.